Visie VCLB

Visie VCLB

CLB-31Een CLB is een hulpverleningsdienst binnen onderwijs. Hulpverlening  voor  de leerlingen van welbepaalde scholen die een samenwerkingscontract afsluiten met een CLB. Dit CLB heeft opdrachten die in wetten en decreten zijn vastgelegd.”

Integrale Jeugd Hulp gaf het CLB een plaats binnen de hulpverlening. Het decreet Operationele Doelstellingen, omschrijft de opdracht van de CLB’s.  het Decreet Rechtspositie van de Minderjarige en de methodiek van het handelingsgericht samenwerken, bepalen de werking van het CLB zoals we dat nu kennen.

Het CLB zit vanuit zijn historiek al te paard tussen welzijn en onderwijs: PMS en MST. De samensmelting van de twee diensten, nu meer dan 10 jaar geleden, zorgde vooral voor het zoeken naar een goede samenwerking, waarbij multidisciplinariteit niet zozeer het samenvoegen werd van afgebakende taken per discipline, maar waarbij de vier domeinen een multidisciplinaire benadering krijgen.

In VCLBZOV hanteren we een holistische benadering van de leerling :

Zowel onderwijsloopbaanbegeleiding (OLB), het leren en studeren (L&S), de preventieve gezondheidszorg (PGZ) als het psychisch en sociaal functioneren (PSF) zijn met elkaar verweven en vragen een benadering vanuit psycho-pedagogische, medische en sociale hoek.

VCLBZOV benadrukt het multidisciplinair werken. Een team wordt toegewezen aan een school waar er een contract mee is. Zo is iedereen van het team aanspreekpunt voor de school, de leerling of de ouder. In elk team is expertise over de verschillende domeinen aanwezig.

Dit team werkt zowel schoolondersteunend als leerlinggebonden. Schoolondersteuning is vooral het begeleiden van de school in haar organisatie van de zorg voor leerlingen, of van haar algemeen preventiebeleid. Daarnaast werkt het CLB ook voor en met individuele leerlingen en hun context.

Uiteraard behouden de disciplines hun eigenheid.
CLB-20

Zo is het terrein van de diagnostiek dat van de P-discipline. We hebben hier wel met een verschuiving te maken van de categoriserende, labelende diagnostiek, naar de handelingsgerichte.
Hierbij zoeken we veeleer naar wat er fout loopt én wat er goed loopt, om op een haalbare manier op maat voorstellen te kunnen doen naar het handelen binnen de onderwijscontext. Vanzelfsprekend komen ook bij de leerproblemen aspecten van ontwikkeling en context aan bod, waarbij de inbreng van medische en sociale discipline belangrijk is.

De onderwijsloopbaan van een kind begeleiden is dit kind opvolgen in al zijn facetten en dus ook een opdracht voor de verschillende disciplines. Om jonge mensen hierin te begeleiden, moet er voldoende informatie aanwezig zijn binnen het CLB-team. Informatie over welzijn en onderwijs bijhouden, de wetgeving ter zake opvolgen blijft een belangrijke taak voor de maatschappelijke discipline. De geïnformatiseerde samenleving zorgt er echter voor dat er een verschuiving plaatsvindt van het aanreiken van informatie, naar het leren hanteren van bronnen en hulpmiddelen, zowel aan de leerkrachten als aan de leerlingen en ouders.

De taak van de medische discipline wat betreft  de preventieve gezondheidszorg krijgt naast  de nog steeds belangrijke longitudinale follow-up van leerlingen via de consulten, ook meer een vraaggestuurd karakter. In VCLBZOV zijn we intensief bezig rond ontwikkeling van kinderen en psychomotoriek. Het is duidelijk dat de neurologische ontwikkeling niet kan worden losgekoppeld van de sociale context en de cognitieve ontwikkeling.

Het welbevinden van de leerling, het domein van het psychisch en sociaal functioneren, is het domein bij uitstek waar de verschillende disciplines aan bod komen. Een begeleiding van een leerling met een intra-psychisch probleem kan niet worden losgekoppeld van de familiale of schoolcontext, noch van de algemene ontwikkeling van de leerling.

Concreet betekent dit dat naargelang de inhoud van de aanmelding, een teamlid van het CLB-team de verdere zorg op zich neemt, telkens in samenspraak met de andere teamleden. Waar het kleuters in hun ontwikkeling betreft, zal het vaak de verpleegkundige of arts zijn die de initiële aanmelding krijgt. Waar het leerlingen zijn met een cognitief probleem of leermoeilijkheden, zal eerder de psycho-pedagoog de begeleiding op zich nemen. Bij problemen in verband met schoolse trajecten, gaat de maatschappelijk werker op pad met de leerling. Bij problemen rond welbevinden, kan het zowel de psycho-pedagoog als de maatschappelijk werker als een medisch geschoold teamlid zijn, die de begeleiding opstart.

De taakafbakening tussen de disciplines is niet altijd even strikt. Persoonlijke interesses en deskundigheden zorgen per team voor interne verschuivingen.

Zoals elke hulpverleningsdienst in Vlaanderen is het CLB gebonden aan het Decreet Rechtspositie van de Minderjarige. Dit is slechts een in bepalingen gegoten toepassing van de kinderrechten en dus evident. Het betekent evenwel dat door een teamlid niets uit een CLB-dossier mag gebruikt worden, besproken worden of erin opgenomen worden zonder betrokkenheid van de bekwame minderjarige of  voor de niet-bekwame minderjarige, van zijn ouders. Tevens is het CLB gebonden aan het beroepsgeheim.

Ook qua methodiek werkt een CLB-team niet vrijblijvend. We implementeren de principes van het handelingsgericht samenwerken. Strikt genomen betekent dit dat we bij elke aanmelding de noden van het kind in die welbepaalde situatie en die welbepaalde context, scherp stellen. Van daaruit wordt bepaald of er bijkomende diagnostiek nodig is. Hierbij wordt onder andere beroep gedaan op de prodia-protocollen. Deze geven een houvast naar objectiverende diagnostiek.

Elke stap in elk handelingsgericht traject is een “samen”verhaal, waarbij alle partijen betrokken worden.

Het CLB heeft een draaischijffunctie tussen  externe hulpverlening en school. Het heeft een verwijzende functie naar BuO en GON.

Hierbij zijn een aantal modaliteiten via wet bepaald : zo moet het CLB voor BuO en GON een inschrijvingsverslag opmaken (attest en protocol). Ook voor revalidatie tijdens de lesuren dient het CLB een advies op papier te zetten. VCLB-ZOV ziet attestering als een eindpunt van een handelingsgericht traject. Voor de verwijzing naar andere diensten wil het CLB de vraag van onderwijs vertalen naar de tweede lijn én de feedback verzekeren van de externe dienst naar de school.

Dit alles heeft  gevolgen voor de samenwerking met de school :

In de bijzondere bepalingen bij het beleidscontract leggen school en CLB-team hun manier van samenwerken vast.

School en CLB maken  concrete afspraken, waarbij aandacht is voor :

  • Voor het basisonderwijs : structuur van MDO’s, noteren in school-en CLB-dossier, pre-MDO’s, zitdagen, betrokkenheid leerling en ouders,  procedure van GON-aanvragen, overleg met logopedisten, RC en andere externen…
  • Voor het secundair onderwijs : werking van de cel leerlingbegeleiding, betrokkenheid van leerling, transparantie rond de zorgfiche, diagnosestelling van leerstoornissen en sticordi- maatregelen, doorverwijzingen naar externe diensten binnen de jeugdhulp….
  • Voor het buitengewoon onderwijs : handelingsplannen, klassenraden, attesteringen, attestwijzigingen, telkens met betrokkenheid van leerling en ouder.

Elke school heeft haar eigen zorgstructuur. Voor de meeste scholen is die geschoeid op de HGW-driehoek (het zorgcontinuüm). Voor het opzetten van deze structuur kan beroep gedaan worden op het CLB, onder de noemer “schoolondersteuning”.

Bij de aanmelding van een bepaalde problematiek, van een welbepaalde leerling, waarbij de school zelf een verhoogde zorg aanbiedt, kan het CLB, opnieuw schoolondersteunend meedenken. Hier is echter nog geen sprake van inbreng uit een CLB-dossier, dit is geen leerlinggebonden aanbod.

Wanneer de school vindt dat een bepaalde leerling zorg nodig heeft buiten de school, worden leerling en/of ouders betrokken. Het overleg wordt dan gepland met school, met minstens medeweten van de cliënt en  met het CLB. Op dat ogenblik worden de reeds gezette stappen overlopen en start voor die leerling een handelingsgericht traject. De vraag wordt scherp gesteld en de onderwijsbehoeften van dat kind, in die situatie, worden in kaart gebracht. Het vervolg van het traject  wordt in samenspraak met alle partijen bepaald. Dit kan  onder andere gaan over diagnostiek, begeleiding, doorverwijzing…

Daarnaast blijft het zo dat cliënten op het CLB een beroep kunnen doen, zonder tussenkomst of medeweten van de school. Uiteraard wordt ook hier gestreefd naar transparantie en samenwerking. Om de schoolgaande jongere in al zijn facetten de beste ontplooiingskansen te geven, wordt best samengewerkt in een sfeer van vertrouwen tussen alle betrokken partijen.

Kernwoorden voor de CLB-begeleiding van schoolgaande kinderen en jongeren :

  • Beroepsgeheim, respect, vertrouwen
  • Emancipatorisch denken
  • Het kind in deze situatie, in deze context
  • Transparantie
  • (Multidisciplinair) samenwerken